R

Raster
Samenstelsel van op elkaar staande lijnen. Genuanceerde afbeeldingen worden hierdoor opgelost in puntjes van wisselende grootte (offset) of wisselende densiteit* (diepdruk).

Rasternummer
Nummer dat de fijnheid van een raster aangeeft: het aantal lijnen per cm. Zie ook: Resolutie

Rasterpunt
De afzonderlijke elementen waaruit een gerasterde reproduktie bestaat.

Rasterstand
De richting van de lijnen van een raster. Voor opnamen in één kleur zet men de lijnen gewoonlijk op 45º, Omdat dan de structuur van het raster het minst opvalt. Bij reproduktie in raster naar raster zal het altijd noodzakelijk zijn een stand ten opzichte van het model te zoeken, die geen moiré* veroorzaakt. Ter voorkoming van moiré moeten de rasterstanden in meerkleurenwerk zorgvuldig worden gekozen. Bij perfect werk vormen de rasterpunten van de vier kleuren rosetjes, die met een loep zichtbaar zijn.

Rechte rug
Bindwijze waarbij het boekblok* niet rondgezet* is.

Recycled
Papierkwaliteit welke geheel of gedeeltelijk is gemaakt van vezels afkomstig van papierafval.

Regeltransport
Een typografisch begrip dat de afstand van letterlijn tot letterlijn* aangeeft. De afstand van het gebruikte corps mét de toegepaste interlinie*.

Register
Het nauwkeurig op elkaar passen van de druk aan de twee zijden van het papier.

Register index
Alfabetisch gerangschikte lijst in sommige boeken (meestal achterin) van begrippen, namen enz. die in het boek voorkomen, met verwijzing naar de desbetreffende bladzijde. De schikking kan ook anders zijn: chronologisch of numeriek. Vaak splitst men het register in een zaken- en een namenregister: dit is niet altijd praktisch of zinvol.

Registerpapier
Volstrekt houtvrij hardgelijmd schrijfpapier van hoge kwaliteit, bestemd voor documenten die lang bewaard moeten worden

Relatieve vochtigheid (RV)
Verhouding in procenten tussen de hoeveelheid vocht in de lucht in een bepaalde ruimte ten opzichte van de hoeveelheid vocht die maximaal in de lucht aanwezig kan zijn bij dezelfde temperatuur. Ook papier heeft een RV die b.v. lager is bij xerografischpapier.

Reliëfdruk
zie pregen.

Resolutie
Term gebruikt om de fijnheid van digitale beelden aan te geven. Bij een lage resolutie zijn kartelranden waar te nemen aan schuine lijnen en bogen. Bij een hoge resolutie zijn deze kartelranden niet waar te nemen en loopt het beeld mooi vloeiend.

Revisieproef
Een tweede of latere proef waarin de correcties zijn uitgevoerd.

Ril
Een in papier of karton geperste gleuf op een plaats waar gevouwen moet worden.

Romandruk
Gewoonlijk lichtgelijmd papier met enige opdikking*, gebruikt voor het drukken van ‘leesboeken’.

Romein
De gewone rechtopstaande letter, in tegenstelling tot o.a. cursief.

Rondzetten
Het geven van een elliptische vorm aan de rug van het boekblok*.

RIP
Raster Image Processor. Apparaat/software welke halftonen omzet in rasterpercentages.

Rubberdoek
Met rubber bedekt katoen, dat bij de offsetdruk het beeld van de machineplaat ontvangt en op het papier overbrengt.

Rug
Het gedeelte van het boek waar de vellen aan elkaar zijn genaaid of gelijmd.

Rugwit
De marge van de pagina die in de rug staat.